Nokia 3720 classic

Page 28
background image
Houd tijdens het schrijven 
Opties
 even
ingedrukt om over te schakelen van
gewone tekstinvoer (aangeduid met
) naar tekstvoorspelling (aangeduid
met 
) en omgekeerd.
Tekstvoorspelling is niet voor alle talen
beschikbaar.
Hoofdletters en kleine letters worden
aangegeven door 
 en 
.
Als u van hoofdletters wilt overschakelen
op kleine letters of omgekeerd, drukt u op
#. Als u van letters wilt overschakelen op
nummers (aangeduid met 
) houdt u
# ingedrukt en selecteert u
Nummermodus
. Als u van nummers wilt
overschakelen naar letters, houdt u #
ingedrukt.
Als u een andere schrijftaal wilt instellen,
selecteert u 
Opties
 > 
Schrijftaal
.
Gewone tekstinvoer
Druk een of meer keren op een cijfertoets
(2-9) totdat het gewenste teken
verschijnt. Welke tekens beschikbaar zijn,
hangt af van de geselecteerde schrijftaal.
Als de volgende letter zich op dezelfde
toets bevindt als de huidige, wacht u tot
de cursor weer verschijnt en voert u de
letter in.
Druk herhaaldelijk op 1 om toegang te
krijgen tot de meest gangbare
interpunctietekens en speciale karakters.
Als u een lijst met speciale tekens wilt
openen, drukt u op *. Druk voor een spatie
op 0.
Tekstinvoer met woordenboek
Tekstinvoer met woordenboek is
gebaseerd op een ingebouwd
woordenboek waar u zelf woorden aan
toe kunt voegen.
1 U begint een woord in te voeren met
behulp van de cijfertoetsen 2 tot en
met 9. Druk voor een letter slechts
éénmaal op de betreffende toets.
2 Om een woord te bevestigen, drukt u
op de bladertoets naar rechts of typt
u een spatie.
Als het woord niet correct is, drukt
u herhaaldelijk op * en selecteert
u het woord uit de lijst.
Als er een vraagteken (?) achter
het woord staat, komt het woord
dat u wilt invoeren niet in het
woordenboek voor. Als u het
woord aan het woordenboek wilt
toevoegen, selecteert u 
Spellen
.
Voer het woord in met behulp van
de normale tekstinvoer en
selecteer 
Opslaan
.
Als u een samengesteld woord
wilt invoeren, voert u om te
beginnen het eerste gedeelte van
het woord in. Bevestig de invoer
door op de bladertoets naar
rechts te drukken. Typ vervolgens
het laatste gedeelte van het
woord en bevestig het woord.
3 U begint met het invoeren van het
volgende woord.
SMS- en multimediaberichten
U kunt berichten schrijven en er een
afbeelding of een ander item aan
koppelen. Als u aan een SMS-bericht een
bestand koppelt, wordt het automatisch
omgezet in een multimediabericht.
Tekstberichten
Het apparaat ondersteunt tekstberichten
die langer zijn dan de limiet voor één
28 Telefoonfuncties
© 2009 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
28