Nokia Asha 202

Page 51
background image
functioneren van onvoldoende beschermde
medische apparatuur nadelig beïnvloeden.
Raadpleeg een arts of de fabrikant van het
medische apparaat om vast te stellen of het
apparaat voldoende is beschermd tegen
externe radiofrequentie-energie.
Geïmplanteerde medische apparaten
Om mogelijke storing van geïmplanteerde
medische apparatuur zoals een pacemaker
of een geïmplanteerde defibrillator te
voorkomen, raden fabrikanten van medische
apparatuur aan om draadloze apparaten
altijd op minimaal 15,3 centimeter afstand te
houden. Personen met dergelijke apparaten
moeten met het volgende rekening houden:
Houd het draadloze apparaat altijd op
meer dan 15,3 centimeter afstand van het
medische apparaat.
Draag het draadloze apparaat niet in een
borstzak.
Houd het draadloze apparaat tegen het
oor aan de andere kant van het lichaam dan
de kant waar het medische apparaat zit.
Schakel het draadloze apparaat uit als er
enige reden is om te vermoeden dat er een
storing plaatsvindt.
Volg de instructies van de fabrikant van
het geïmplanteerde medische apparaat.
Als u vragen hebt over het gebruik van het
draadloze apparaat wanneer u een
geïmplanteerd medisch apparaat hebt,
neemt u contact op met uw zorginstelling.
Gehoor
Waarschuwing: Wanneer u de headset
gebruikt, kan uw vermogen om geluiden van
buitenaf te horen negatief worden beïnvloed.
Gebruik de headset niet wanneer dit uw
veiligheid in gevaar kan brengen.
Sommige draadloze apparaten kunnen
storingen in sommige gehoorapparaten
veroorzaken.
Gebruiksomgeving
Dit apparaat voldoet aan de richtlijnen voor
blootstelling aan radiofrequentie in de
normale positie aan het oor of wanneer het
apparaat minstens 1,5 centimeter (5/8 inch)
van het lichaam wordt gehouden. Een
draagtas, riemclip of houder voor het dragen
van het apparaat op het lichaam mag geen
metaal bevatten en moet het apparaat op de
eerder genoemde afstand van het lichaam
houden.
Voor het verzenden van gegevensbestanden
of berichten is een goede verbinding met het
netwerk vereist. De verzending van
gegevensbestanden of berichten kan
vertraging oplopen zolang een dergelijke
verbinding niet beschikbaar is. Houd u aan de
instructies voor de afstand tot het lichaam
totdat de verzending voltooid is.
Voertuigen
Radiosignalen kunnen elektronische
systemen in gemotoriseerde voertuigen die
verkeerd geïnstalleerd of onvoldoende
afgeschermd zijn, zoals elektronische
systemen voor brandstofinjectie,
antiblokkeerremmen en systemen voor
elektronische snelheidsregeling of airbags
negatief beïnvloeden. Raadpleeg voor meer
Cyan
Cyan
Magenta
Magenta
Yellow
Yellow
Black
Black