Nokia 6630

Page 94
background image
Connectiviteit
94
Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved. 
Uitleg: Bij een Bluetooth-koppeling vindt er verificatie plaats. De gebruikers van de 
Bluetooth-apparaten spreken een wachtwoord af en gebruiken dit om hun apparaten 
aan elkaar te koppelen. Bij apparaten zonder gebruikersinterface wordt het 
wachtwoord gebruikt dat in de fabriek is ingesteld.
• Als een Bluetooth-koppeling met het andere apparaat vereist is, hoort u een 
geluidssignaal en moet u het wachtwoord opgeven.
• Stel uw wachtwoord in (1-16 tekens lang, numeriek) en spreek met de eigenaar van 
het andere Bluetooth-apparaat af dat wachtwoord te gebruiken. Het wachtwoord is 
voor eenmalig gebruik.
 Tip! Als u tekst via 
Bluetooth (en niet via 
SMS) wilt verzenden, gaat 
u naar Notities, typt u de 
tekst en selecteert u 
Opties
→ 
Zenden
→ 
Via 
Bluetooth
.
• Vervolgens wordt het apparaat opgeslagen in de weergave voor gekoppelde 
apparaten.
Als de verbinding tot stand is gebracht, verschijnt het bericht 
Gegevens worden 
verzonden
.
In de map Ontwerpen in Berichten worden geen berichten bewaard die via Bluetooth zijn 
verstuurd.
De status van de Bluetooth-verbinding controleren
• Als 
 verschijnt in de standby-modus, is Bluetooth actief.
• Als 
 knippert, wordt geprobeerd verbinding te maken met het andere apparaat.
• Als 
 continu wordt weergegeven, is de Bluetooth-verbinding actief.
Apparaten koppelen
Gekoppelde apparaten zijn gemakkelijk te herkennen aan het symbool 
 in de lijst met 
apparaten. Druk in de beginweergave van Bluetooth op 
 om de weergave Gekoppelde 
apparaten (
) te openen.
• Als u een koppeling tot stand wilt brengen met een apparaat, selecteert u 
Opties
→ 
Nw 
gekoppeld app.
. De telefoon begint te zoeken naar apparaten. Ga naar het apparaat en 
druk op 
Selecteer
. Wissel wachtwoorden uit (zie stap 4 (Koppeling) op pag. ’93’).