Nokia 6700 slide

Page 50
background image
om de configuratie-instellingen voor uw
apparaat te ontvangen.
Als u het configuratielogboek van het
geselecteerde profiel wilt weergeven,
selecteert u 
Opties
 > 
Logboek
bekijken
.
Als u de software van het apparaat wilt
bijwerken via de lucht, selecteert u
Opties
 > 
Controleren op updates
. Door
het bijwerken worden uw instellingen
niet gewist. Als u het updatepakket op het
apparaat hebt ontvangen, volgt u de
aanwijzingen op het scherm. Het
apparaat wordt opnieuw gestart als de
installatie is voltooid.
Bij het downloaden van software-updates
worden mogelijk grote hoeveelheden
gegevens overgedragen (netwerkdienst).
Zorg ervoor dat de batterij van het
apparaat voldoende capaciteit heeft of
dat de lader is aangesloten voordat u
begint met bijwerken.
Waarschuwing:
Tijdens het installeren van een software-
update kunt u het apparaat niet
gebruiken, zelfs niet om een
alarmnummer te bellen, totdat de
installatie voltooid is en het apparaat
opnieuw is ingeschakeld. Zorg ervoor dat
u een back-up maakt van de gegevens
voordat u de installatie van een update
aanvaardt.
Connectiviteit
Inhoud overbrengen vanaf een ander
apparaat
Selecteer   > 
Instellingen
 >
Connect.
 > 
Overdracht
.
Met de toepassing Overdracht kunt u
inhoud, zoals contacten, van het ene naar
het andere compatibele Nokia-apparaat
overbrengen.
Welk type inhoud kan worden
overgedragen, hangt af van het model van
het apparaat waaruit u de inhoud wilt
overbrengen. Als het andere apparaat
synchronisatie ondersteunt, kunt u de
gegevens tussen het andere apparaat en
uw apparaat ook synchroniseren. Als het
andere apparaat niet compatibel is, wordt
een bericht weergegeven.
Als het andere apparaat alleen met een
SIM-kaart kan worden ingeschakeld, kunt
u uw SIM-kaart plaatsen. Wanneer uw
apparaat wordt ingeschakeld zonder SIM-
kaart, wordt automatisch het profiel
Offline geactiveerd.
Inhoud overbrengen
Ga als volgt te werk om voor het eerst
gegevens uit het andere apparaat naar dit
apparaat over te brengen:
1 Selecteer het verbindingstype dat u
wilt gebruiken om de gegevens over
te brengen. Beide apparaten moeten
het geselecteerde verbindingstype
ondersteunen.
2 Selecteer het apparaat waaruit u
inhoud wilt overbrengen. U wordt
gevraagd een code in te voeren op uw
apparaat. Voer een code in (1-16
cijfers) en selecteer 
OK
. Voer dezelfde
code ook in op het andere apparaat en
50 Connectiviteit
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.