Nokia 5140i

Page 52
background image
C o n t a c t e n
52
Opmerking: het gebruik van spraakopdrachten in een rumoerige 
omgeving of tijdens een noodsituatie kan problematisch zijn, dus u 
doet er goed aan niet onder alle omstandigheden uitsluitend op 
spraakgestuurde nummerkeuze te vertrouwen.
Spraakopdrachten toevoegen en beheren
Sla de contacten waarvoor u spraakopdrachten wilt toevoegen op in het 
geheugen van de telefoon. U kunt deze contacten ook naar het 
geheugen kopiëren. U kunt ook spraakopdrachten toevoegen aan namen 
die op de SIM-kaart zijn opgeslagen. Als u de SIM-kaart vervangt, moet 
u in dat geval eerst de oude spraakopdrachten verwijderen voordat 
u nieuwe spraakopdrachten kunt toevoegen.
1. Zoek het contact waarvoor u een spraakopdracht wilt toevoegen.
2. Selecteer 
Gegev.
, ga naar het gewenste telefoonnummer en 
selecteer 
Opties
Spraaklabel toev.
.
3. Selecteer 
Starten
 en spreek de gewenste spraakopdracht duidelijk 
uit. Na het opnemen wordt de spraakopdracht door de telefoon 
afgespeeld.
In 
Contacten
 verschijnt 
 na het telefoonnummer waaraan een 
spraakopdracht is gekoppeld.
Selecteer 
Menu
Contacten
Spraaklabels
 om de spraakopdrachten te 
controleren. Ga naar het contact met de gewenste spraakopdracht en 
selecteer een optie om de opgenomen spraakopdracht af te spelen, 
te verwijderen of te wijzigen.
Bellen door middel van een spraakopdracht
Als op de telefoon een toepassing wordt uitgevoerd die via een GPRS-
verbinding gegevens verzendt of ontvangt, moet u deze toepassing 
afsluiten voordat u een spraakopdracht geeft.
1. Houd de toets volume-omlaag ingedrukt in de standby-modus. 
U hoort een korte toon en de tekst 
Nu spreken
 wordt weergegeven.
2. Spreek de spraakopdracht duidelijk uit. De ontvangen 
spraakopdracht wordt door de telefoon afgespeeld. Het aan de