Nokia E60

Page 21
background image
Weigeren
 — Een inkomende oproep weigeren tijdens een gesprek als 
Oproep in wachtrij
 actief is.
Toetsblk. blokkeren
 — Toetsen blokkeren tijdens een gesprek.
Conferentie
 — Een actief gesprek en een gesprek in de wachtstand samenvoegen in een conferentiegesprek (netwerkdienst).
Privé
 — Een privégesprek voeren met een geselecteerde deelnemer in het conferentiegesprek (netwerkdienst).
Wisselen
 — Schakelen tussen het actieve gesprek en het gesprek in de wachtstand (netwerkdienst).
DTMF verzenden
 — DTMF-toonreeksen (Dual Tone Multi-Frequency), zoals wachtwoorden, verzenden. Voer de DTMF-reeks in
of zoek ernaar in 
Contact.
 en selecteer 
DTMF
.
Doorverbinden
 — Het gesprek in de wachtstand verbinden met het actieve gesprek en zelf de verbinding verbreken
(netwerkdienst).
De beschikbare opties kunnen verschillen.
Doorschakelen
Selecteer 
Menu
 > 
Instrum.
 > 
Instellingen
 > 
Doorschakelen
.
U kunt inkomende oproepen doorschakelen naar uw voicemail of naar een ander telefoonnummer. Neem contact op met uw
serviceprovider voor meer informatie.
1. Selecteer een van de volgende oproeptypen:
Spraakoproepen
 — Inkomende spraakoproepen.
Geg.- en video-opr.
 — Inkomende gegevens- en video-oproepen.
Faxoproepen
 — Inkomende faxoproepen.
2. Selecteer een van de volgende doorschakelopties:
Alle spraakoproepen
Alle geg.- en vid.opr.
 of 
Alle faxoproepen
. — Alle inkomende spraak-, gegevens-, video- of
faxoproepen doorschakelen.
Indien bezet
 — Inkomende oproepen doorschakelen wanneer u een actieve oproep hebt.
Als niet aangenomen
 — Inkomende oproepen doorschakelen nadat het apparaat een bepaalde tijd belsignalen geeft
gegeven. Geef in het veld 
Wachttijd:
 op hoelang het apparaat belsignalen moet geven voordat de oproep wordt
doorgeschakeld.
Indien buiten bereik
 — Oproepen doorschakelen wanneer het apparaat is uitgeschakeld of zich buiten het bereik van het
netwerk bevindt.
Als niet beschikbaar
 — De laatste drie instellingen tegelijkertijd activeren. Met deze optie worden oproepen
doorgeschakeld als uw apparaat bezet is, geen antwoord ontvangt of zich buiten bereik van het netwerk bevindt.
3. Selecteer 
Activeren
.
Als u de huidige doorschakelstatus wilt controleren, gaat u naar de doorschakeloptie en selecteert u 
Opties
 > 
Controleer
status
.
Als u het doorschakelen van spraakoproepen wilt beëindigen, gaat u naar een blokkeeroptie en selecteert u 
Opties
 >
Annuleer
.
Oproepen blokkeren
De functies voor het blokkeren en doorschakelen van oproepen kunnen niet tegelijkertijd actief zijn.
Wanneer oproepen zijn geblokkeerd, kunt u soms wel officiële alarmnummers kiezen.
Selecteer 
Menu
 > 
Instrum.
 > 
Instell.
 > 
Oproepblokk.
.
U kunt de oproepen blokkeren die met het apparaat worden uitgevoerd of ontvangen (netwerkdienst). Als u de instellingen
wilt wijzigen, moet u een blokkeringswachtwoord aanvragen bij uw serviceprovider. De blokkering geldt voor alle oproepen,
dus ook voor gegevensoproepen.
Als u oproepen wilt blokkeren, selecteert u 
Mob. opr. blokkeren
 en maakt u een keuze uit de volgende opties:
Uitgaande oproepen
 — Voorkomen dat spraakoproepen kunnen worden uitgevoerd
Inkomende oproepen
 — Inkomende oproepen blokkeren.
Internat. oproepen
 — Voorkomen dat internationale oproepen kunnen worden uitgevoerd.
Ink. opr. in buitenl.
 — Inkomende oproepen blokkeren wanneer u in het buitenland bent.
Int. opr. niet nr vaderl.
 — Uitgaande internationale oproepen blokkeren, maar wel inkomende oproepen naar uw eigen land
toestaan.
Als u de status van het blokkeren van spraakoproepen wilt controleren, gaat u naar de blokkeeroptie en selecteert u 
Opties
 >
Controleer status
.
Als u het blokkeren van alle spraakoproepen wilt beëindigen, gaat u naar een blokkeeroptie en selecteert u 
Opties
 > 
Alle blokk.
annul.
.
B e l l e n
Copyright © 2006 Nokia. All Rights Reserved.
21