Nokia E60

Page 51
background image
Als u het apparaat naar een andere locatie verplaatst binnen het wireless LAN en buiten het bereik van een wireless LAN-
toegangspunt, kan de roamingfunctionaliteit automatisch een verbinding tot stand brengen tussen het apparaat en een ander
toegangspunt dat tot hetzelfde netwerk behoort. Zo lang u binnen het bereik van toegangspunten blijft die tot hetzelfde
netwerk behoren, kan de verbinding tussen uw apparaat en het netwerk in stand blijven.
Tip: Er wordt een verbinding met een wireless LAN tot stand gebracht wanneer u een gegevensverbinding maakt met
behulp van een wireless LAN-toegangspunt. De actieve wireless LAN-verbinding wordt verbroken wanneer u de
gegevensverbinding verbreekt.
Met uw apparaat kunt u op verschillende manieren communiceren in een wireless LAN. De twee besturingsmodi zijn
Infrastructuur en Ad-hoc.
• De besturingsmodus Infrastructuur staat twee vormen van communicatie toe: draadloze apparaten communiceren via een
wireless LAN-toegangspunt met elkaar of met een vast LAN-apparaat. Het voordeel van de besturingsmodus Infrastructuur
is dat u meer controle hebt over netwerkverbindingen omdat deze via een toegangspunt gaan. Een draadloos apparaat kan
toegang krijgen tot de diensten die beschikbaar zijn in een gewoon vast LAN, zoals een bedrijfsdatabase, e-mail, internet en
andere netwerkbronnen.
• In de besturingsmodus Ad-hoc kunt u gegevens verzenden naar en ontvangen van andere apparaten met ondersteuning van
compatibele wireless LAN's, bijvoorbeeld om de gegevens af te drukken. Hiervoor kunnen toepassingen van derden vereist
zijn. Hiervoor is geen wireless LAN-toegangspunt nodig. Stel gewoon de noodzakelijke configuratie in en begin met
communiceren. Hoewel ad-hoc-netwerken gemakkelijk zijn in te stellen, beperkt de communicatie zich tot apparaten die
zich binnen het bereik bevinden en compatibele wireless LAN-technologie ondersteunen.
Als u voor uw apparaat het MAC-adres voor een WLAN-router moet configureren, voert u *#62209526# in op het toetsenbord
van het apparaat. Het MAC-adres wordt in het display weergegeven.
Verbindingsbeheer
Selecteer 
Menu
 > 
Connect.
 > 
Verb.beh.
.
Als u de status van gegevensverbindingen wilt weergeven of verbindingen wilt beëindigen, selecteert u 
Act. geg.verb.
.
Als u wilt zoeken naar wireless LAN's die binnen bereik zijn, selecteert u 
Beschk. WLAN
.
Actieve verbindingen weergeven en beëindigen
Opmerking:  De uiteindelijke gespreksduur die door de serviceprovider in rekening wordt gebracht kan variëren,
afhankelijk van de netwerkfuncties, afrondingen, belastingen, enzovoort.
In de weergave voor actieve verbindingen kunt u de geopende gegevensverbindingen zien: gegevensoproepen, packet-
gegevensverbindingen en wireless LAN-verbindingen.
Als u gedetailleerde informatie over netwerkverbindingen wilt weergeven, selecteert u de verbinding in de lijst en 
Opties
 >
Gegevens
. De weergegeven informatie is afhankelijk van het type verbinding.
Als u een netwerkverbinding wilt beëindigen, selecteert u de verbinding in de lijst en 
Opties
 > 
Verb. verbreken
.
Als u alle actieve netwerkverbindingen gelijktijdig wilt beëindigen, selecteert u 
Opties
 > 
Alle verb. verbrek.
.
Druk op de joystick om de details van een netwerk te bekijken.
Zoeken naar wireless LAN
Als u wilt zoeken naar wireless LAN's die binnen bereik zijn, selecteert u 
Menu
 > 
Connect.
 > 
Verb.beh.
 > 
Beschk. WLAN
. Er wordt
een lijst met gevonden netwerken weergegeven.
De weergave toont een lijst met de wireless LAN's binnen het bereik, hun netwerkmodus (Infrastructuur of Ad-hoc), een symbool
voor de signaalsterkte en symbolen voor netwerkcodering, en of uw apparaat een actieve verbinding met het netwerk heeft.
Druk op de joystick om de details van een netwerk te bekijken.
Als u een internettoeganspunt in een netwerk wilt maken, selecteert u 
Opties
 > 
Toeg.pt definiëren
.
Modem
Selecteer 
Menu
 > 
Connect.
 > 
Modem
.
In combinatie met een compatibele computer kunt u het apparaat als modem gebruiken om een internetverbinding tot stand
te brengen.
Voordat uw apparaat kan worden gebruikt als modem, moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan:
• De juiste communicatiesoftware moet op de computer zijn geïnstalleerd.
• U moet geabonneerd zijn op de juiste netwerkdiensten van uw serviceprovider of internetprovider.
C o n n e c t i v i t e i t
Copyright © 2006 Nokia. All Rights Reserved.
51