Nokia 5140

Page 31
background image
SMTP-verificatie gebruiken
 — Als uw e-mailprovider verificatie eist voor het verzenden van e-mailberichten, selecteert u
Ja
. In dat geval moet u ook uw 
SMTP-gebruikersnaam
 en 
SMTP-wachtwoord
 definiëren.
SMTP-gebruikersnaam
 — Toets de gebruikersnaam voor uitgaande e-mail in die u van de e-mailprovider hebt
ontvangen.
SMTP-wachtwoord
 — Toets het wachtwoord voor uitgaande e-mail in.
Uitgaande (SMTP) poort
  — Toets het nummer van de serverpoort voor uitgaande e-mail in. De meest gebruikte
standaardwaarde is 25.
Als u 
POP3
 hebt geselecteerd in 
Type inkomende server
, worden de volgende opties weergegeven:
Inkomende (POP3) poort
 —  Toets het poortnummer in dat u van de e-mailprovider hebt gekregen.
Antwoordadres
 — Toets het e-mailadres in waarnaar antwoorden moeten worden verzonden.
Beveiligde aanmelding
 — Selecteer 
Beveiligde aanmelding aan
 als voor de verbinding een gecodeerde aanmelding
nodig is. Als dit niet het geval is, selecteert u 
Beveiligde aanmelding uit
. Neem contact op met uw serviceprovider voor
meer informatie. Het gebruik van gecodeerde aanmelding verhoogt de veiligheid voor gebruikersnamen en
wachtwoorden. De beveiliging van de verbinding zelf wordt hierdoor niet verhoogd.
E-mails ophalen
 — Geef het maximale aantal berichten op dat u per keer wilt ophalen.
SMTP-verbin- dingsinstellingen
 — Definieer de verbindingsinstellingen voor uitgaande berichten.
POP3-verbindings- instellingen
 — Definieer de verbindingsinstellingen voor inkomende berichten. Raadpleeg de e-
mailprovider voor de instellingen.
Als u 
IMAP4
 hebt geselecteerd in 
Type inkomende server
, worden de volgende opties weergegeven:
Inkomende (IMAP4) poort
 — Toets het poortnummer in dat u van de e-mailprovider hebt gekregen.
Antwoordadres
 — Toets het e-mailadres in waarnaar antwoorden moeten worden verzonden.
E-mails ophalen
 — Geef het aantal berichten op dat u per keer wilt ophalen.
Ophaalmethode
 — Selecteer 
Laatste e-mail
 als u alle nieuwe berichten wilt ophalen of selecteer 
Laatste ongelez.
 als u
alleen ongelezen berichten wilt ophalen.
SMTP-verbin- dingsinstellingen
 — Definieer de verbindingsinstellingen voor uitgaande berichten.
IMAP4-verbin- dingsinstellingen
 — Definieer de verbindingsinstellingen voor inkomende berichten. 
Dienstopdrachten
U kunt serviceaanvragen (ook wel USSD-opdrachten genoemd) naar de netwerkoperator verzenden om netwerkdiensten te
activeren.
1. Druk op 
Menu
 en selecteer 
Dienstopdrachten
.
2. Toets de serviceaanvraag in en verzend de aanvraag.
M e s s a g e s
Copyright © 2004 Nokia. All Rights Reserved.
31