Nokia E70

Page 73
background image
Niet alle toepassingen ondersteunen deze functie. De externe viewer kan op twee manieren worden gestart: vanuit de map
Kantoor
 of vanuit een toepassing die de viewer ondersteunt.
Scherminhoud weergeven
Als u scherminhoud wilt weergeven met een dataprojector, opent u de toepassing voor schermexport en selecteert u 
Opties
 >
Apparaat selecteren
. Ga in de lijst met beschikbare apparaten naar het apparaat dat u wilt gebruiken en selecteer 
OK
. Selecteer
Opties
 > 
Inschakelen
 als u scherminhoud wilt weergeven.
Als u de scherminhoud wilt verbergen, selecteert u 
Opties
 > 
Verbergen
. De toepassing voor schermexport wordt naar de
achtergrond verplaatst.
Als u de weergave van scherminhoud wilt beëindigen, selecteert u 
Opties
 > 
Uitschakelen
.
Afdrukken
Een bericht of bestand vanaf het apparaat afdrukken. Een afdrukvoorbeeld bekijken, de pagina-indeling definiëren, een printer
selecteren of afdrukken naar een bestand.
Voordat u begint met afdrukken, controleert u of de verbinding tussen uw apparaat en de printer goed functioneert.
Als u een bericht of een bestand wilt afdrukken, opent u dat en selecteert u 
Opties
 > 
Afdrukopties
.
Definieer de volgende opties:
Printer
 — Selecteer een beschikbare printer in de lijst.
Afdrukken
 — Selecteer 
Alle pagina's
Even pagina's
 of 
Oneven pagina's
 voor het afdrukbereik.
Afdrukbereik
 — Selecteer 
Pagina's in bereik
Huidige pagina
 of 
Gedefinieerde pagina's
 als paginabereik.
Aantal exemplaren
 — Selecteer het aantal afdrukken.
Afdrukken naar bestand
 — Selecteer deze optie om naar een bestand af te drukken en geef een locatie voor het bestand op.
Sommige berichten, zoals multimediaberichten of andere speciale berichttypen, kunt u niet afdrukken.
Als u een afdrukvoorbeeld van een bestand of bericht wilt bekijken, selecteert u 
Opties
 > 
Afdrukopties
 > 
Voorbeeld
.
De pagina-indeling wijzigen voordat u afdrukt.
Als u de pagina-instellingen wilt wijzigen voordat u afdrukt, selecteert u 
Opties
 > 
Afdrukopties
 > 
Pagina-instelling
 en maakt u
een keuze uit de volgende opties:
Papierformaat
 — De paginagrootte en -richting wijzigen en de hoogte en breedte aanpassen.
Marges
 — De linker-, rechter-, boven- en ondermarge wijzigen.
Koptekst
 — De koptekst kan uit maximaal 128 tekens bestaan. U kunt de afstand tussen de koptekst en de hoofdtekst instellen
en aangeven of u de koptekst ook op de eerste pagina van het document wilt weergeven.
Voettekst
 — De voettekst kan uit maximaal 128 tekens bestaan. U kunt de afstand tussen de voettekst en de hoofdtekst
instellen.
Als u een printer wilt toevoegen of verwijderen, selecteert u 
Menu
 > 
Kantoor
 > 
Printers
 > 
Opties
 > 
Toevoegen
 of 
Verwijderen
.
K a n t o o r t o e p a s s i n g e n
Copyright © 2006 Nokia. All Rights Reserved.
73