Nokia E50

Page 40
background image
Grootte afbeelding
 — Selecteer 
Klein
 of 
Groot
 om de grootte van afbeeldingen in multimediaberichten aan te passen.
Selecteer 
Origineel
 om de oorspronkelijke grootte van multimediaberichten te behouden.
MMS-aanmaakmodus
 — Selecteer 
Beperkt
 om te voorkomen dat uw apparaat inhoud in multimediaberichten invoegt, die
niet wordt ondersteund door het netwerk of door het ontvangende apparaat. Selecteer 
Met begeleiding
 als u een
waarschuwing wilt ontvangen voor dergelijke inhoud. Selecteer 
Vrij
 als u een multimediabericht wilt maken zonder
beperkingen voor het type van de bijlagen. Als u 
Beperkt
 selecteert, kunt u geen multimediapresentaties te maken.
Toeg.punt in gebruik
 — Selecteer het standaardtoegangspunt dat u wilt gebruiken om verbinding te maken met de
multimediaberichtencentrale. Het is mogelijk dat u het standaardtoegangspunt niet kunt wijzigen als dit vooraf is ingesteld
door uw serviceprovider.
Multimedia ophalen
 — Selecteer 
Altijd automatisch
 om multimediaberichten altijd automatisch te ontvangen, 
Aut. bij eigen
netwrk
 om een melding te ontvangen als u een multimediabericht kunt downloaden van de berichtencentrale wanneer u
zich bijvoorbeeld in het buitenland of buiten uw eigen netwerk bevindt, 
Handmatig
 om multimediaberichten handmatig te
downloaden van de berichtencentrale, of 
Uit
 om geen multimediaberichten te ontvangen.
Anonieme ber. toest.
 — Selecteer of u berichten wilt ontvangen van onbekende afzenders.
Advertent. ontvang.
 — Selecteer of u berichten wilt ontvangen die als advertentie zijn gedefinieerd.
Rapport ontvangen
 — Selecteer 
Ja
 om de status van het verzonden bericht weer te geven in het logboek (netwerkdienst).
Wellicht kunt u geen afleveringsrapport ontvangen voor een multimediabericht dat naar een e-mailadres is verzonden.
Rapportz. weigeren
 — Selecteer 
Ja
 om vanaf uw apparaat geen afleveringsrapporten te verzenden voor ontvangen
multimediaberichten.
Geldigheid bericht
 — Selecteer hoe lang de berichtencentrale het bericht moet proberen te verzenden (netwerkdienst). Als
de ontvanger van het bericht niet binnen de ingestelde periode wordt bereikt, wordt het bericht uit de
multimediaberichtencentrale verwijderd. 
Maximale duur
 is de maximumtijd die door het netwerk wordt toegestaan.
E-mailberichten
Om e-mail te kunnen ontvangen en verzenden, moet u beschikken over een externe mailbox. Deze dienst kan worden geleverd
door een internetprovider, netwerkoperator of uw bedrijf. Uw apparaat voldoet aan de internetstandaarden SMTP, IMAP4
(revisie 1) en POP3, en aan verschillende oplossingen voor het ophalen van e-mail. Andere e-mailproviders bieden mogelijk
diensten met andere instellingen of functies dan in deze gebruikershandleiding worden beschreven. Neem contact op met uw
serviceprovider en e-mailprovider voor meer informatie.
Voordat u e-mailberichten kunt verzenden, ontvangen, beantwoorden en doorsturen, moet u eerst:
• Een internettoegangspunt (IAP) configureren. 
• Een e-mailaccount definiëren en de juiste instellingen configureren. 
De instructies van uw externe mailbox- en internetproviders opvolgen. Neem contact op met uw netwerk- en internetprovider
of uw netwerkoperator voor de juiste instellingen.
Uw e-mailinstellingen definiëren
Als u 
Mailbox
 selecteert en nog geen e-mailaccount hebt ingesteld, wordt u gevraagd dit alsnog te doen. Als u een e-mailaccount
wilt instellen met de wizard voor mailboxconfiguratie, selecteert u 
Ja
.
1. Als u wilt beginnen met het invoeren van e-mailinstellingen, selecteert u 
Starten
.
2. Ga naar 
Mailboxtype
, selecteer 
IMAP4
 of 
POP3
 en selecteer vervolgens 
Volgende
.
Tip: POP3 is een versie van Post Office Protocol, dat wordt gebruikt voor het bewaren en ophalen van e-mail- en
internetmailberichten. IMAP4 is een versie van Internet Message Access Protocol, waarmee u e-mail berichten op
de e-mailserver zelf kunt openen en beheren. Vervolgens kunt u kiezen welke berichten u naar uw apparaat wilt
downloaden.
3. Ga naar 
Mijn e-mailadres
 en voer uw e-mailadres in. Druk op * om @ of andere speciale tekens in te voegen. Als u een punt
wilt invoeren, drukt u op 1. Selecteer 
Volgende
.
4. Ga naar 
Server inkom. mail
, voer de naam in van de externe server waarop u uw e-mail ontvangt en selecteer 
Volgende
.
5. Ga naar 
Server uitg. mail
, voer de naam in van de externe server waarmee u uw e-mail verzendt en selecteer 
Volgende
.
Afhankelijk van uw netwerkoperator kunt u gebruikmaken van de uitgaande e-mailserver van uw netwerkoperator in plaats
van die van uw e-mailprovider.
6. Ga naar 
Toegangspunt
 en selecteer het internettoegangspunt dat uw apparaat moet gebruiken bij het ophalen van e-mail.
Als u 
Altijd vragen
 selecteert, wordt u telkens wanneer het apparaat e-mail ophaalt, gevraagd welk internettoegangspunt
gebruikt moet worden. Als u een toegangspunt selecteert, brengt het apparaat automatisch een verbinding tot stand.
Selecteer 
Volgende
.
7. Voer een naam in voor uw nieuwe mailbox en selecteer 
Voltooien
.
B e r i c h t e n
Copyright © 2006 Nokia. All Rights Reserved.
40