Nokia E50

Page 56
background image
Gegevens verzenden
Er kunnen verschillende Bluetooth-verbindingen tegelijkertijd actief zijn. U kunt bijvoorbeeld een verbinding hebben met een
hoofdtelefoon en tegelijk bestanden overzetten naar een ander compatibel apparaat.
1. Open de toepassing waarin het item dat u wilt verzenden is opgeslagen.
2. Selecteer het item en selecteer 
Opties
 > 
Zenden
 > 
Via Bluetooth
. Het apparaat zoekt naar andere bereikbare apparaten met
Bluetooth-technologie en geeft deze weer.
Tip: Als u eerder gegevens met Bluetooth hebt verzonden, wordt een lijst met de vorige zoekresultaten
weergegeven. Als u meer Bluetooth-apparaten wilt zoeken, selecteert u 
Meer apparaten
.
3. Selecteer het apparaat waarmee u verbinding wilt maken en druk op de joystick om de verbinding tot stand te brengen. Als
het andere apparaat moet worden gekoppeld voordat er gegevens kunnen worden verzonden, moet u een toegangscode
invoeren.
4. Wanneer de verbinding tot stand is gebracht, wordt de tekst 
Gegevens worden verzonden
 weergegeven.
Berichten die zijn verzonden door middel van Bluetooth worden niet opgeslagen in de map 
Verzonden
 in 
Berichten
.
Als u eerder items met Bluetooth hebt verzonden, wordt een lijst met de vorige zoekresultaten weergegeven. Als u meer
Bluetooth-apparaten wilt zoeken, selecteert u 
Meer apparaten
.
Als u een audiotoebehoren, bijvoorbeeld een Bluetooth-handsfreeset of -hoofdtelefoon, wilt gebruiken, moet u het apparaat
koppelen aan het toebehoren. Raadpleeg de handleiding bij het toebehoren voor de toegangscode en verdere instructies. Als
u verbinding wilt maken met het audiotoebehoren, drukt u op de aan/uit-toets om het toebehoren in te schakelen. Sommige
audiotoebehoren maken automatisch verbinding met uw apparaat. Anders opent u 
Gekopp. apparaten
, bladert u naar het
toebehoren en selecteert u 
Opties
 > 
Verbinden
.
Indicatoren voor Bluetooth-connectiviteit
  Bluetooth is actief.
  Wanneer het pictogram knippert, wordt geprobeerd een verbinding met het andere apparaat tot stand te brengen.
Wanneer het pictogram ononderbroken wordt weergegeven, is de Bluetooth-verbinding actief.
Apparaten koppelen
Selecteer 
Menu
 > 
Connect.
 > 
Bluetooth
 en blader naar rechts om de pagina 
Gekopp. apparaten
 te openen.
Voordat u apparaten koppelt, maakt u een eigen toegangscode (1-16 cijfers) en spreekt u met de gebruiker van het andere
apparaat af om dezelfde code te gebruiken. Apparaten zonder gebruikersinterface hebben een vaste toegangscode. U hebt deze
toegangscode alleen nodig wanneer u de apparaten voor het eerst koppelt. Nadat de apparaten zijn gekoppeld kunt u de
 Als u apparaten koppelt en de verbinding autoriseert, kunt u
sneller en gemakkelijker verbinding maken, omdat u niet elke keer de verbinding met een gekoppeld apparaat hoeft te
accepteren wanneer verbinding tot stand wordt gebracht.
De toegangscode voor SIM-toegang op afstand moet uit 16 cijfers bestaan.
1. Selecteer 
Opties
 > 
Nw gekoppeld app.
. Het apparaat zoekt naar Bluetooth-apparaten binnen bereik.
Tip: Als u eerder gegevens met Bluetooth hebt verzonden, wordt een lijst met de vorige zoekresultaten
weergegeven. Als u meer Bluetooth-apparaten wilt zoeken, selecteert u 
Meer apparaten
.
2. Selecteer het apparaat dat u wilt koppelen en voer de toegangscode in. Op het andere apparaat moet dezelfde toegangscode
worden ingevoerd.
3. Selecteer 
Ja
 om uw apparaat voortaan automatisch te verbinden met het andere apparaat, of selecteer 
Nee
 om de verbinding
handmatig te bevestigen wanneer er opnieuw een verbinding tot stand wordt gebracht. Nadat het apparaat is gekoppeld,
wordt het opgeslagen op de pagina met gekoppelde apparaten.
Als u een gekoppeld apparaat een bijnaam wilt geven die alleen in uw apparaat wordt weergegeven, bladert u naar het
gekoppelde apparaat en selecteert u 
Opties
 > 
Korte naam toewijz.
.
Als u een koppeling wilt verwijderen, selecteert u het apparaat waarvan u de koppeling wilt verwijderen en vervolgens
Opties
 > 
Verwijderen
. Als u alle koppelingen wilt verwijderen, selecteert u 
Opties
 > 
Alle verwijderen
.
Tip: Als u verbinding hebt met een apparaat en de koppeling met dat apparaat annuleert, wordt de koppeling meteen
verwijderd en de verbinding verbroken.
Een apparaat autoriseren
Als u een gekoppeld apparaat vertrouwt, kunt u toestaan dat dit apparaat automatisch verbinding met uw apparaat maakt.
Maak een keuze uit de volgende opties:
C o n n e c t i v i t e i t
Copyright © 2006 Nokia. All Rights Reserved.
56